âWie schrijft, die blijft!â, herinnert u zich nog dat handvol woorden, titel van een televisieprogramma van lang geleden? Ze zijn mij altijd bijgebleven, die woorden. Wie schrijft, die blijft, ’t zou een keer waar moeten zijn! Was zonder dat gezegde ooit Ă©Ă©n van deze cursiefjes verzonnen? Daar wil ik een keer over nadenken. Hoe dan ook, een mens moet in iets geloven. Dus twijfel is uit den boze, wie schrijft, die blijft.
En dan wandel je langs het Minnewater en passeer je voorbij het borstbeeld van Maurits Sabbe. En zoals altijd wanneer je daar langs komt, knik je de schrijver goeiedag. En zoals altijd vertikt Maurits het om je zelfs maar gewoon even aan te kijken. In gedachten verzonken kijkt hij onverstoord voor zich uit, Ă©Ă©n en al oog voor het sashuis.
En toch intrigeert die mens mij. Want niemand leest zijn boeken nog maar zowat elke Bruggeling kent zijn naam. Gewoon omdat zijn beeld daar altijd staat. En meer nog, omdat aan de andere kant van de stad een straat naar hem en zijn vader Julius is genoemd.
Maar hoe zou Maurits Sabbe als mens geweest zijn? Of liever, hoe zou hij zijn? Want op de sokkel van die buste bij het begijnhof staat dan wel dat hij overleed in 1938, maar daar geloof ik weinig van. Immers, wie schrijft, die blijft. Toch? En als Elvis, simpele volksjongen die volgens sommigen amper zijn eigen naam kon spellen, blijft bestaan, dan toch ook Maurits Sabbe?
Dus ofwel is het waar wat op die sokkel staat, en klopt niets van die sinds lang gekoesterde woorden. Ofwel blijft wie schrijft en leeft Maurits nog. En dan woont ie, neem ik graag aan, nog altijd ergens hier in Brugge.
Mocht zijn adres u bekend zijn, dan kan u mij daar een plezier mee doen, waarde lezer. Of zijn telefoonnummer. Facebook kent zowaar een handvol Maurits Sabbes, maar de schrijver is daar niet bij. Misschien moet ik een keer langs TikTok of zo, maar daar verwacht ik weinig van. Jammer, ik zou wat graag een keer een praatje slaan met Maurits.
Want al oogt hij op zijn sokkel nog zo serieus, toch meen ik enige minzaamheid te ontwaren in zijn blik. En dus wou ik dit stukje schrijven. En ben ik ook iets van hem gaan lezen. Wellicht ruisen zijn oren nu. Iemand leest mij nog! Echt waar, Maurits, je bestseller âDe filosoof van ât Sashuisâ heeft voor mij geen geheimen meer.
En onder meer daarover zou ik het met hem hebben. Over dat boekje, een novelle eigenlijk, lang uitgesponnen is het werkje niet. Iemand met zijn status spreken we aan met âMeneer Sabbeâ, beleefd opgevoed als we zijn. Waarna de schrijver, als mijn vermoeden omtrent zijn inborst klopt, meteen repliceert met âAch, zeg maar gewoon Maurits!â Waarna hij in zijn kelder een fles jenever van de Gistfabriek opdiept. En voor we ât goed beseffen zijn we vertrokken voor een paar uurtjes sappig Brugs. ât Is waar, Maurits bracht een groot deel van zijn leven en loopbaan door in Antwerpen, onder meer als conservator bij Plantin-Moretus. Maar zijn hart en ziel bleven in Brugge, net als zijn repertoire. Zijn Brugse verhalen, veel later zou Bruggeling Maurits Balfoort daar de legendarische âDe vorstinnen van Bruggeâ rond bouwen. Het was overigens jaren daarvoor ook Balfoort die âDe filosoof van ât sashuisâ in een televisiefilm goot.
En zo zijn we weer beland bij dat sashuis van hem. Zou ik hem opbiechten dat ik zijn volkse vertelling eigenlijk maar dunnetjes vind? Dat ik het eigenlijk heel braafjes geschreven vind? Dat het mij met heimwee laat terugdenken aan de veel gretiger en gulziger woordenschat van die andere volksverteller, Felix Timmermans? Al is het een warme vertelling, over hoe de sasmeester, goedlachs dagdromend vrijgezel, door zijn boezemvriend op sleeptouw wordt genomen op zoek naar een vrouw. Om tenslotte â spoiler alert! â het hart te veroveren van het bevallige dochtertje van die vriend van hem.
Maurits zou mij geduldig aanhoren. Om dan, na zijn pijp zorgvuldig in zijn tinnen asbak uit te kloppen, te informeren naar het sashuis en wat daar nu eigenlijk gaande is. Tenslotte is de schrijver niet meer van de jongsten, komt niet meer zo vaak op straat.
En dan vertel ik hem graag over de frisse wind die sinds kort door de nu vaak openstaande deur van zijn geliefde sashuis waait. Over de Brugse makers die het eeuwenoude pand inpalmden. âHandmade in Bruggeâ doopten zij hun ambachtsgroep en al zou Maurits verbaasd opkijken bij dat Engels, omtrent wat erachter schuilt zou hij instemmend knikken. Wat ik vertel doet hem denken aan de Brugse markten van weleer.
Al waren er ook andere plannen omtrent het sashuis. Aanvankelijk had een schepen van de stad er graag de drie gidsenverenigingen een eigen stek gegeven. Dat zou wat worden. De droom van Jo Berten, van toen hij voorzitter was van Ă©Ă©n van die gezelschappen, om alle gidsen weer onder Ă©Ă©n koepel samen te brengen, een stap dichterbij?
Maar wat er onderdak vond oogt zonder meer nog fraaier. Brugse ambachtsmensen die de handen in elkaar slaan om in het feeërieke huisje hun hier bij ons vervaardigde spullen aan te bieden, het lijkt mij een gezonde filosofie. Wie bedenkt een zinniger invulling?
Langs de oude sluisinstallatie struin je er van Brugse kletskoppen, de koekjes, langs glaskunst tot fraai bedachte sieraden. Van Brugse bieren â neen, Maurits, ’t Hamerken of Den Arend zijn daar niet meer bij â langs lekkers van de onvermijdelijke Dominique
Persoone tot een selectie uit hout gesneden kleinoden.
Tevreden vult Maurits andermaal onze glazen. Of de glimlach op zijn rimpelrijke gezicht iets met het gerstenat van doen heeft, laat ik graag in het midden. Hij belooft mij, als ik volgende keer langs zijn standbeeld passeer, op zijn minst een keer te knipogen. We verstaan mekaar, Maurits en ik, en heffen het glas. Op de filosofen van ât sashuis.
Handmade, Engels?! Oh no! Ik had het verkeerd voor, blijkt nu, en eigenlijk begreep ik het ook niet, wat een hand en een made met mekaar te maken hadden. Het gaat tenslotte over nog levende en heel actieve handen.
Maar je liet je tenslotte overtuigen, Kristoffel, aangezien ik ook jouw naam aantref in de stadsgids omtrent ‘Handmade in Brugge’ …
Mijns inziens is ‘Handmade in Brugge’ in het sashuis een aanwinst en zal het een blijver worden en geen pop-up fenomeen. Een plus voor een rondleiding voorbij het ‘Ei van Brugge’.
HĂ©Ă©l benieuwd, ik ga vast een keer langs.
Hopelijk zal de ligging geschikt zijn voor zo’n initiatief.
Misschien kan iemand je verder helpen bij de Julius Sabbe Studiekring?
Misschien even tussendoor … de film waar Pol op alludeert, is de film ‘De filosoof van ’t Sashuis’ – het werk van twee Bruggelingen, Maurits Sabbe en Maurits Balfoort, bekend regisseur.
Best niet te verwarren dus met de BRT-serie “‘De filosoof van Haeghem’, gebaseerd op het gelijknamige boek van Jef Scheire, met Maurits Balfoort als scenarist.
‘Handmade in Brugge’ is aan de ene kant een hand naar de vele buitenlandse toeristen die ‘handgemaakt’ niet zouden begrijpen.
En aan de andere kant is de vermelding ‘Brugge’ eens iets anders dan het steeds weerkerende ‘Bruges’, ‘Brujas’, enz.
Nochtans, ooit is Europees overeengekomen dat landen en steden hun eigen benaming moesten behouden, tot spijt van wie het benijdt.
Europa of ‘vox populi’?
Het sashuis werd afgekeurd voor bewoning. ‘Handmade’ is een goede oplossing om het gebouw nog een bestemming te geven.
De TV serie ‘Vorstinnen van Brugge’ is gebaseerd op de werken van Sabbe. Was indertijd een groot succes, alle acteurs spraken Brugs behalve diewelke de beter standen moesten verbeelden, die spraken Frans of ABN. Wie de serie nog eens wil bekijken, dat kan, het is uitgebracht op DVD en de Biekorf Bibliotheek van Brugge heeft een exemplaar.