Waar de Speelmansrei bij het Zand in de donkere tunnel onder het plein verdwijnt, maakt de bootsman rechtsomkeer. Hoe benoem je zo’n manoeuvre in scheepstermen? Stuurboordomkeer? Het water is hier zo ondiep, je ziet hoe de nochtans voorzichtig draaiende schroef de slibberige bodem omwoelt. Nog iets dichter bij de onheilspellend ogende spelonk en ons bootje loopt vast. Een ‘vlet‘, zo noemen de gasten van de zeescouts het kleine vaartuig waarmee ze ons tot hier brachten. We keren terug, helemaal naar de Langerei, waar we aan boord gingen. Maar al varen we over hetzelfde traject, ook nu kom je ogen tekort.
Wat een buitenkans om een Brugse waterloop te volgen waarvan je een deel vanop het droge nooit te zien krijgt. Links, pardon, aan bakboord, de oude tuinmuur van het Sebrechtspark en aan stuurboord de vaak smaakvol aangelegde tuinen van de Moerstraat. Onder de verrassend hoge Leeuwenbrug, waar de reie onder twee van de drie bogen in de loop der eeuwen dichtslibde. De waterweg werd hier smaller en de bewoners van aanpalende panden grepen graag de kans om die ‘verlanding’ in te palmen bij hun tuin. Het bleef cijnsgrond, stadseigendom, dat wel. De tocht gaat langs de gotische erker van goudsmid Herman van Outvelde, voorbij het restant van de eerste omwalling bij de Pottenmakersstraat, onder de majestueuze Augustijnenbrug. De Gouden Handrei brengt ons, onder een laatste brug door, terug op de Langerei.
En daar aan de aanlegsteiger zit, geduldig maar glunderend op ons wachtend, Edmond Coucke, nestor van de Brugse botengilde. Onze verkenning van het meest avontuurlijke deel van de Brugse reien zit erop. Mijn collega-gids Mia en ikzelf overlopen nog wat praktische afspraken met de bootsman van de zeescouts. Zij staan het komende Open Monumentenweekend paraat met twee zo’n ‘vletjes‘, stuurman incluis. Twee dagen lang krijgen wij de kans om op en af te varen, telkens met een tiental passagiers, goed voor een lichtjes onvergetelijke tocht.
We kaarten nog na met Edmond, over zijn lange levensweg. Zeg maar vaarweg, hij is sinds zijn jeugd in de weer met bootjes op de reien. En die jongenstijd van hem mag je situeren in de jaren dertig, Edmond is een heer op leeftijd. En zo komt hij ook over, als een heer die met amper verholen trots terugblikt op een boeiend leven.
Een verhaal waarover hij ook uitgebreid vertelt in ‘Het vloeibare goud’, boekje dat mijn zonet genoemde mede-gids Mia Lingier samen met hem schreef over het toeristische reilen en zeilen op de Brugse binnenwateren. En terwijl hij ons op sleeptouw neemt doorheen dat waterleven, komt ook Edmond’s droom ter sprake. Een droom waar ooit ook een Brugs burgemeester mee uitpakte. Zou het niet wat zijn, mocht je bij de Spiegelrei kunnen doorvaren, onder ’t Zand? Of straffer nog, laten we de reie op ’t Zand weer open maken, zoals in de middeleeuwen! Om dan langs het Kapucijnenreitje en op de reie die verborgen ligt in de achtertuin van het begijnhof, helemaal tot aan ’t Minnewater te varen … Edmond bleef het leven langs de reien volgen tot op ‘t laatst. Zijn rondvaart bij de opnamen van een recent tv-programma zou zijn laatste worden. Edmond Coucke nam zijn droom mee op zijn volgende tocht. De bootsman, net honderd geworden, overleed kort voor het jaareinde.
Schitterend verwoord Pol !
Hopelijk leest men dit ook bij de Stad, zodat ‘onze droom’ kan verwezenlijkt worden !
Bedankt !!!
Mia
Merci voor de pluim, Mia!
Wie weet, de rondvaart … er passeert ongetwijfeld nog heel wat water langs de reien voor het zover komt, maar wie weet …
Het verhaal gaat, dat de stoutste versie van plan, het openwerken van de reie op ’t Zand, problemen zou geven bij de fundamenten van de negentiende-eeuwse gevels …
Dromen houdt ons wakker …
Leuk artikel, Pol. Die boekjes lezen lijkt me wel wat. Ik ben langs het water opgegroeid, weliswaar in Nederland en aan een groot kanaal, maar waar ik ook ben water blijft boeiend en de Brugse Reitjes hebben mijn hart gestolen. Wat zou ik ook eens graag die onbekendere stukjes bewonderen. Wie weet, als we weer veilig kunnen reizen.
Willy, het jongste boek, ‘Het Vloeibare Goud’, uitgegeven bij de Brugse Uitgeverij Van De Wiele, is zeker nog in de boekenwinkel te vinden. Al zal je ’t bij jullie in Nederland allicht moeten bestellen …
Groet uit Brugge!
Pol
Mooi geschreven, Pol. De mooie herinneringen aan ditzelfde boottochtje komen zo terug naar boven. Dankzij jou heb ik dit reeds mogen beleven en als ik ooit nog eens de kans krijg ben ik zeker weer van de partij. Was zo mooi!
Als ge braaf zijt, moogt ge nog een keer mee, Dominique!
Ook ik voer zopas in een fijne zomerse herinnering weer mee in dat vlet. Wie weet, opnieuw op 12 september 2021? Als alles weer goed is gekomen…
Je bent niet de enige die stil hoopt, Gerda …
Bijzonder mooi verhaal. Ik was zo meegesleept dat ik niet onmiddellijk besefte dat er traantjes rolden. Dank U wel om deze fijne en beklijvende getuigenis met ons te willen delen.
Dankjewel, Ulrike, ‘k heb ook zelf plezier beleefd aan het schrijven van het verhaal …
Mooie en zeker interessante blog. Ik kijk uit naar het vervolg.
Dirk Heyns
Secretaris
Beheerder DocC
Vzw Brugs Ommeland
Kon. Heemkundige Kring M. Vancoppenolle
050/384114
http://geschiedenisbrugge.brugseverenigingen.be
http://www.brugsommeland@skynet.be
Zeer mooi initiatief Pol!
Aansluitende een anekdote over de Speelmansrei.
Met Engelstalige toeristen kwam ik daar eens en ze vroegen naar de vertaling van deze benaming. Ik zei al lachend the canal of the playboy… . Daarna heb ik er er dan wel bijverteld dat het over playboys in de betekenis van musicians gaat 🙂
… lach niet, Lode, je kwam met je vertaling dichter bij de waarheid dan je dacht!
Wie met muziek bezig was, moést wel licht van zeden zijn! Het bewijs? Een jeugdvriend van mij was in onze jongensjaren als dj in de weer. Zijn vriendin kreeg van wijze, oude mensen te horen dat ze maar beter uitkeek naar een ander lief … De reden? “Niet te vertrouwen, die … SPELEMANNEN!”
Epiloog: ze zijn na meer dan veertig jaar nog altijd bij mekaar!
“Vind ik leuk”
Vele jaren heb ik er gewoond, nabij de Pottenmakersrei en altijd heb ik verlangd dat onbekende deel van de Reien eens te kunnen zien. Zo ijver ik nu al vele jaren om een gedeelte van de Kraanrei te ontsluiten. Niet openbreken, maar de overwelfde Kraanrei voor een deel toegankelijk maken. Dat zou het best kunnen vanaf de Poortersloge. De overwelving loopt onder het tuintje naast dit gebouw en is daar voldoende breed.
Onlangs heeft Raakvlak de ondergrond van het St.-Jansplein met een georadar gescand.
Zou Raakvlak ook niet de ondergrond van het tuintje naast de Poortersloge kunnen scannen?
Tony, onze reien doen dromen, hé … Edmond’s visioen laat ons van bij de Speelmansrei langs het Zand naar de Kapucijnenrei varen. En lag het aan jou, dan komt naast de Poortersloge de overwelfde Kraanrei weer bovengronds.
In de jaren zeventig droomden sommigen van een watertaxi. En ja, hoor, nog niet eens zo lang geleden bracht één van onze bootjesmannen dat aloude plan weer ter sprake …
Je leest het hier: https://kw.be/nieuws/politiek/bekende-bootjesman-op-lijst-open-vld-brugge-waarom-geen-watertaxis-op-de-reien/