Festivals … Tamboer en andere headliners

Zomerfestivals, meer Bruggelingen dan je zou vermoeden vonden in de loop der jaren de courage om er eentje te bouwen. Sommige van die muziekfeesten bleven, andere verdwenen in de plooien van de tijd. ’t Is ook wat, zo’n festival op poten zetten.
En wees maar zeker, het rock&roll-gehalte van al dat voorbereiden is eerder aan de magere kant. Daarenboven wordt het stilaan minder simpel om een sterke headliner te strikken.
Grote namen, grote prijzen. De rendabele platenverkoop is iets van vroeger, ’t zijn hun concerten die bij de meeste muzikanten voor brood op de plank zorgen. En toch, niets gaat boven een affiche met een ronkende naam.
Dat begon allemaal lang geleden, met Elvis in de jaren vijftig. Niemand kon al zingend een boel volk zo zot maken als Elvis Presley, toch? En sindsdien zou het nooit meer ophouden. Zou de goegemeente, wij dus, keer op keer op zoek gaan naar podiumhelden. Naar telkens weer een nieuwe Prince, Abba of Tina Turner.
Althans, dat is het verhaal zoals het ging en gaat. Want eigenlijk had het ook allemaal heel anders kunnen lopen.

Laat ons bijvoorbeeld een keer aannemen dat er nooit zoiets was uitgevonden als geluidsopnamen. Dat vinylplaten, cd’s en onze Spotify-lijsten van vandaag nooit bestonden. Dan hadden we die Presley vast nooit horen zingen. En we wisten niets van de Beatles, van Beyoncé of Harry Styles. Dan moesten we het stellen met wie in eigen contreien noten op zijn of haar zang had, plaatselijk talent.

‘Hilversum drie bestond nog niet
maar ieder had zijn eigen stem.
Op elke steiger klonk een lied …’

Eigenlijk ging het eeuwenlang zo. Speelmannen en marktzangers trokken van de ene jaarmarkt naar de andere en van bedevaartsoord naar kermis. Om overal waar ze kwamen toehoorders te plezieren met liederen van allerlei slag.
Maar ook nog lang nadat in de jaren achttienhonderd toch iemand een manier vond om muziek op te nemen, verdrongen op markten en pleinen mensen mekaar om geen woord te missen van het gezongen verhaal van de marktzanger. En om de liedjesteksten mee te zingen van blaadjes die hij verkocht aan zijn nieuwsgierig publiek.

1938, volkstoeloop
op de Brugse zaterdagmarkt …
– foto Beeldbank Brugge –

Want nieuwsgierig was dat publiek. De zanger zong over dingen die de mensen graag hoorden, ge moet uw toehoorders geven wat ze vragen als ge centen wilt verdienen. En er viel best wat te rapen als liedjeszanger. En al helemaal als je een krak was in je vak, zoals Tamboer.
Ik heb het van mijn ouders, ’t verhaal over Tamboer, uit hun eigen jonge jaren herinnerden zij zich de marktzanger.
Geboren en opgegroeid in een arbeiderswijk in textielstad Eeklo, weliswaar ‘entre les tours de Bruges et Gand‘, maar in een andere context dan wat Brel voor ogen had. Tamboer beleefde zijn gloriedagen in het interbellum. Groeide zowat uit tot levende legende. En ik luisterde met open mond naar wat over hem werd verteld.
Naar markten overal te lande kwam men van heinde en verre om de man te zien en horen die als geen ander zijn publiek wist in te palmen met eigen, meeslepend gezongen teksten, vaak op bestaande melodieën. Zijn accordeon stond in dienst van de liedjes die hij bracht. Naast zijn ‘trekzak’ bespeelde Lionel Bauwens, zoals hij op zijn paspoort heette, met zijn voet ook nog de ‘grosse caisse‘, zo’n grote trom, hij hield er zijn ‘artiestennaam’ aan over.

Het was een breed repertoire waarmee Tamboer uitpakte. Hij zong over verloren liefde, over rijk en arm, trouw en verraad. En dan waren er ook zijn epische epistels over de iconische ‘moorden van Beernem’. Zo’n bloederige, nooit helemaal uitgeklaarde historie waarin ook de adel niet vrijuit ging, Tamboer bracht het met bravoure, als een klassieker uit de Griekse mythologie. En als geboren podiumbeest nam hij zingend, lachend, wenend, vloekend zijn toehoorders met zich mee. Had hij iets van de panache van Brel?
Drommen mensen hingen aan zijn lippen. En wat meer is, hij kwam weg met soms stout geformuleerde waarheden. In een lied van hem neemt hij boeren op de korrel, die tijdens de oorlog speculeerden met woekerprijzen voor schaars voedsel.

Had hij iets van de panache van Brel?

De stoutmoedigheid van Bob Dylan in zijn felle jaren? De hofnar hield zijn toehoorders een spiegel voor en al lachten ze groen, ze kochten zijn liedjes.
Ook op de Brugse zaterdagmarkt was Tamboer een begrip. Meer zelfs, er doet een verhaal de ronde over een Brugse ochtend waarop hij zevenduizend liedjesteksten verkocht. Zou dat kunnen? Nogal wat toehoorders kochten meerdere vellen om ze door te verkopen.
Vlamingen die naar Amerika waren geëmigreerd, vroegen in hun brieven naar de tekstblaadjes van Tamboer. Hoe dan ook, Tamboer verdiende aardig zijn boterham. Was in zijn thuisstad één van de eersten om een auto te kopen. En die contant te betalen.

Stel, Tamboer staat vandaag op een podium. Met zijn pathetische woordenschat van toen? Hij lijkt mij wijs genoeg om zijn repertoire en de manier waarop hij dat brengt bij te schaven naar de normen van vandaag. Wie weet, imponeert hij meer dan wij vermoeden. Lionel Bauwens overleed bijna vijftig jaar geleden, we zullen nooit weten wat het geeft, Tamboer, singer-songwriter op een festivalpodium. Al schuilt er mogelijks toch een kans in deze historie.
Want ooit, diep in de jaren zestig van vorige eeuw, bracht een nog onbekend

zangertje, Bob Dylan was zijn naam, in New Yorkse kroegen de songs van zijn grote voorbeeld, Woody Guthrie. Was dè Woody Guthrie niet zowat het Amerikaanse equivalent van onze Tamboer?
Misschien moet hier bij ons ook maar een keer iemand het repertoire van de marktzanger onder de loep nemen. Daar valt vast nog iets boeiends uit te puren. Zorg voor een stevige begeleidingsband en de nieuwe Tamboer komt eraan!
Festivalbouwers die moeilijk een goeie headliner strikken, hou moed, er is hoop voor volgende zomer!

This entry was posted in Het Brugge van nu, Het Brugge van toen, Van 't Cactusfestival, Van gitaren en drums, Van zingen en spelen. Bookmark the permalink.

3 Responses to Festivals … Tamboer en andere headliners

  1. Richard Ranson says:

    Roger Hessel uit Koolkerke bracht in 1984 een boek uit, getiteld ‘Lionel Bauwens, de onvergetelijke tamboer’.
    Het boek is tweedehands te koop via De Slegte, 1.180 pagina’s, voor 890 liedjes en 65 euro.
    De auteur hield tijdens de jaren ’80 en ’90 flink wat voordrachten over zijn onderwerp ‘Tamboer in woord en lied’.
    Hij vertelde anekdotes over deze markt- en volkszanger uit Maldegem, bracht een potpourri van melodieën gespeeld op de trekzak, verder nog aangevuld met geprojecteerde dia’s.
    Erik Wille was in latere jaren een andere marktzanger, hij zong in 2000 een unieke CD vol over de Vlaamse wielergeschiedenis in het marktlied.
    Citaat: “Wielrennen is wellicht de enige sport waarover de marktzangers zongen”.
    Dat treft, want deze quote sluit mooi aan bij de vorige bijdrage van Pol, deze over de ‘Ronde van Frankrijk’ die ooit dwars door Brugge reed …

  2. Dries says:

    Deed me spontaan denken aan het middeleeuws verschijnsel van de troubadours … een term die trouwens fonetisch lijkt op de Brugse ‘Tamboer’ uit de jaren 1930.
    Niet alleen fonetisch, ook inhoudelijk.
    Troubadours waren rondreizende kunstenaars, vooral begaafd als muziekant-dichters.
    Ze waren verwant aan de ‘minnezangers’, zoals die heetten in Germaanstalige streken.
    Niemand bezong de troubadours zo treffend als Lenny Kuhr …
    “Hij zat zo boordevol muziek, hij zong voor groot en klein publiek,
    hij maakte blij, melancholiek, de troubadour …”
    De Brugse Tamboer, een herboren troubadour?

  3. Erik Everaert says:

    In de mid-50 jaren herinner ik mij Tamboer, op de woensdag markt, de sleunse markt voor het stadshuis, te Knokke. Vader Tamboer, moeder en zoon opgedirkt met de klakke aan, en de trekzak.
    En maar tekstblaadjes verkopen… de prijs weet ik niet meer juist. Maar kan dit nog wel vinden , daar mijn moeder die ook kocht … En ik denk dat ik er ergens nog liggen heb, tussen al mijn prularia? De zomer attractie bij uitstek!
    Later zijn ze begonnen als marktkramer en het eerste wat ze verkochten waren scheermesjes. De ‘gilletes’ avant la lettre.
    Ik denk dat Lionel Tamboer geboren was in Eeklo.

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *