Ken je ’t verschil tussen een kerk en een café?

Vanmorgen belandt een vriendelijk maar kordaat geformuleerd bericht in mijn mailbox. Het is van een vriend van ons. Zijn naam doet er hier weinig toe, laten we hem N noemen. Het is een verzoek aan mijn huisgenote en mij. Of we toch vooral onze stem willen uitbrengen op die website waar dezer dagen zoveel om te doen is. Website? Veel te doen?
De link die N erbij voegt, klaart één en ander op. Brengt ons bij een landelijk project ‘Erfgoedschatten’. Kort door de bocht komt het hierop neer. Het restaureren van kunstvoorwerpen kost centen. Er zijn meer wachtenden dan centen en dus worden tien op te frissen kunstwerken ‘genomineerd’ en het grote publiek kiest welk stuk met het geld en zodoende met de restauratie gaat lopen.

Niet over Sint-Jacob,
zoals je in die kerk zou verwachten …

En één van die op te kalefateren schoonheden hebben we hier in onze eigenste Sint-Jacobskerk. Dat N zoiets weet, mag niet verbazen. Als ’t om kerken en kunst gaat, hoef je hem niks te leren.
Het schilderij in kwestie is niet van een Memling of een andere wereldnaam, maar ’t is wel een specialleke. Lanceloot Blondeel, de man die het uit zijn penselen schudde, zette er de datum ‘1523’ op. Het vierde dus net zijn vijfhonderdste verjaardag. Een feestje in mineur, want in die vijf eeuwen verzamelde het een boel stof en onfris vuil. Je kan alleen gissen naar de wellicht glorievolle kleuren die Blondeel bedacht. Daarom verdient zijn schilderwerk dringend een deskundige poetsbeurt.

En daarvoor wil N ons dus warm maken, voor het stemmen op dat te restaureren doek. Want dat is het, een doek. Terwijl ze in die vroege jaren vijftienhonderd nog volop op paneel schilderden, kwam Lanceloot Blondeel aanzetten met een doek. Wellicht verbaasde hij daarmee zijn opdrachtgevers, het genootschap van chirurgijns ofte geneesheren van onze stad. Die kregen een kunstwerk dat een heel oud verhaal vertelt. Niet over Sint-Jacob, zoals je in die kerk zou verwachten, maar over Cosmas en Damianus, Cos en Dam voor de vrienden.

’t Is een historie uit de beginjaren van de christenheid. In die dagen liepen Cos en Dam, tweelingbroers, in de kijker. Want ze waren geneesheren en als goeie kristenen hielpen ze armen en behoeftigen. Vrome voorlopers van ‘Geneesheren voor het Volk’. Maar al dat gelovig zijn, dat moest in ’t geniep gebeuren. Kwam aan ’t licht dat je kristen was, bekocht je dat met je leven. En lap, da’s wat ook Cos en Dam overkwam. Eind goed, niet al goed. Maar wel goed voor twee heiligen in één verhaal.

Het schilderij in de Sint-Jacobskerk toont, behoorlijk plastisch weergegeven, de terechtstelling van onze twee broers. Gelukkig voor ons, koos Lanceloot Blondeel ervoor om dat redelijk pijnlijke gebeuren uitbundig te omkaderen. De toeschouwer ontwaart nog amper het centrale tafereel. Later zou de schilder van dat soort omkadering zijn handelsmerk maken.
Enfin, dat kunstwerk verdient, meent N, een restauratie. En daarvoor moet dus gestemd worden. ’t Is maar dat u het weet, onderaan dit cursiefje vindt u de link die N ons bezorgde.
Een wellicht verbazend fris schilderij zou ons zo’n restauratie opleveren. Ons en een kerk die overigens al behoorlijk wat kunst te bieden heeft.
’t Is eigenlijk best wel een aanrader, op verkenning gaan in de Sint-Jacobskerk. En in die buurt waar u, mocht het u iets uitmaken, eerder weinig toeristen tegen ’t lijf loopt. Bruggelingen des te meer.

Tot voor een paar weken had ik daar graag aan toegevoegd, ga vooral een keer langs in café Sint-Jacobs, een paar huizen daar vandaan. Daar opende patron Tom een jaar of zeven geleden een heel nieuw café dat vooral heel oud wou zijn. De terugkeer van het volkscafé had Tom voor ogen. In Café Sint-Jacobs trof je de lokale pintenproever naast de van nostalgie smullende muziekliefhebber. Want de platenhoezen aan de muren vertelden wat je verwachten kon. Vicky Leandros na de Shadows na Adamo en meer van dat.

Dat had ik dus graag verteld. Maar Sint-Jacobs, het cafeetje, is niet meer. Sinds kort sieren van die schreeuwlelijke ‘te koop’- plakkaten de oude trapgevel. Een volkscafé, al die jaren, een buurtcafé. Er is er eentje minder en we hebben er al geen op overschot.

Kwam N hier wel eens over de vloer? In de schaduw van de Sint-Jacobskerk, waar hij zowat thuis is, lijkt mij dat best wel aannemelijk. Wie weet, bleef hij wel een keer plakken. Want hij is vandaag dan wel van kerkfabrieken en confrérieën, ooit zette de jonge student N met genoegen menig bloemetje buiten, toch?
Wie met hem aan de babbel ging in café Sint-Jacobs, leerde een boel bij over onze stad. Toogpraat van een doctor in de geschiedenis, met een rits publicaties omtrent Brugge op zijn naam. De oorkonde ‘Ere-stadsarchivaris’, zou die ingekaderd boven zijn dressoir prijken?
En dan is er dus ook nog zijn vanouds innige band met die kerk, vlakbij. Dat brengt ons bij het raadsel boven dit cursiefje. Of iemand het verschil kent tussen een café en een kerk?
De lezer verwacht hier een pointe van het soort moppen dat aan de toog wordt verteld. Maar die mop, over café en kerk, ik weet niet eens of die bestaat. Maar als dat zo is, kent N hem ongetwijfeld. Dat is hij aan zijn studentikoze verleden verplicht. En aan zijn band met kroegen èn kerken. En anders verzint hij hem wel.
Sluiten we een deal? N verzint de mop en ik inviteer alle lezers om een stem uit te brengen op dat kunstwerk van Lanceloot Blondeel. En halen we de restauratie binnen, dan trakteert N ons een pint, zo kennen we hem.
Kon die drink nog doorgaan in café Sint-Jacob, dan was de cirkel helemaal rond. Dan vertelde ik aan Tom, de barman, “‘Voor de rekening moet ge bij die mens daar zijn!”
“Ha”, klonk dan het antwoord, “bij Noël Geirnaert!”

Dit is ‘m, de link naar het ‘stemhokje’ … www.kikirpa.be/nl/erfgoedschatten-2023

This entry was posted in Het Brugge van nu, Van schilderen en plaasteren, Van zingen en spelen. Bookmark the permalink.

4 Responses to Ken je ’t verschil tussen een kerk en een café?

  1. Michiels Dirk says:

    N had me al uitgenodigd om te stemmen. En ik heb dat natuurlijk gedaan. Jullie ook toch? Want ….die pint van N, die wil ik zeker. Veel succes, N, met je project. We duimen!!!

  2. Rita Verbeke says:

    Heel erg jammer dat Tom zijn cafeetje niet meer open is.
    Was er altijd heel gezellig en Tom en Tom waren top café bazen.

  3. Noël Geirnaert says:

    Hartelijk dank voor de stevige duw in de rug!

  4. Schamper says:

    Een kerk en een café, ’t verschil … ?
    In een kerk is de man achter de toog de enige die drinken mag!

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *